Nieuws:

Heb je problemen met het forum? Contacteer Shaddow, redeast of yasu.

Hoofdmenu

Team 3: Toekomst

Gestart door Ravenwing, 11 februari 2008, 18:53:36

Vorige topic - Volgende topic

Ravenwing

Hier wordt het verhaal van team 3 geschreven. Het team bestaat uit:


  • Morana
  • Mathindinske
  • Daeron
  • Selinde
  • Kirsten

Hun thema is Toekomst.

Morana

Vroeger...
Met een bloedende wond aan haar gezicht boog vrouwe Morgana zich bezorgd over haar echtgenoot. Het was duidelijk, hij was gestorven door de laatste aanval van de weerwolven. De laatste aanval, want op het plein werd de laatste terechtgesteld.
Heer Mathias en heer Dorean stonden zijdelings van de laatste wolf, nu nog in mensengedaante. Hij was vastgeketend en de hele groep -vrouwe Morgana, Kirstina en Selene en de twee eerder genoemde mannen- stonden afwachtend om hem heen. Vooralsnog wilden ze geen risico maken nog een onschuldige burger af te maken, want die waren al teveel gelynched de laatste dagen.
De maan werd vol en de man in hun midden kreeg inderdaad een enorme haargroei, de anderen om hem heen bleven -zoals verwacht- normaal en met een zilveren staak werd de laatste wolf door heer Mathias neergestoken.
De laatste wolf.. en Wakkerdam begon weer aan een wederopbouw van hun stad.

Nu..
Morana liep samen met haar vriendin Tara over de kermis van Wakkerdam. Vrolijke mensen, veel lekker eten en drinken en natuurlijk de achtbaan waar Wakkerdam zo om bekend stond. "Durf jij er dit jaar in?" vroeg Morana aan Tara, die haar hoofd schudde. "Nee hoor, mij niet gezien, maar kom, laten we verder kijken wat er allemaal nog is.. zeg, wat is dat?" Tara wees op een klein tentje, afgelegen van de kermis. "Volgens mij is het een waarzegster!" riep Morana enthousiast, "Kom, laten we daarheen gaan!"
De meiden giechelden een beetje toen ze binnenkwamen gelopen, waar een vrouw in typische zigeunerkleding achter een ronde tafel zat. "Jullie willen je toekomst weten," zei ze met een zachte stem terwijl ze de twee meiden recht aankeek. 'Ja, dat was logisch, dat we de toekomst wilden weten, anders kwamen we niet bij een waarzegster, he?' dacht Morana een beetje sceptisch, maar nam toch plaats samen met Tara tegenover de vrouw.
"Geef me je hand," zei de vrouw tegen Tara en het meisje deed zoals ze gevraagd was. Een hele poos leek de waarzegster in gedachten verzonken, sloot haar ogen en zei toen met dezelfe mysterieuze stem als waarmee ze hen had verwelkomd: "Ja, een man.. iemand met donker haar, die zal je pad kruisen en je zal gelukkig met hem worden. Ook zal je in de toekomst veel succes hebben met je werk, als je je ervoor inzet."
Tara leek tevreden met het antwoord en Morana stak haar hand uit. "Wat is mijn toekomst?"
De waarzegster pakte haar hand, tuurde weer net zo lang zoals ze ook bij Tara had gedaan en begon aan haar voorspelling. "Je zal langer moeten wachten dan het meisje dat naast je zit, maar uiteindelijk zal ook jij de liefde vinden" opeens schokte de vrouw en greep haar hand steviger vast. Haar ogen sloegen open, maar leken dwars door Morana heen te staren. Met een normale stem, niet mysterieus vervormd zoals ze eerst had geprobeerd, maar op de manier zoals mensen normaal praten, sprak de vrouw opeens verder.
"De geschiedenis zal zich herhalen. Weerwolven zullen komen en moorden in het dorp. De 5 afstammelingen -jij bent er een van- zullen het dorp proberen te beschermen, maar tevergeefs.. de toekomst ligt al vast en kan niet veranderd worden.." Een beetje verbaasd en geschrokken keek Morana de vrouw tegenover haar aan, ze probeerde haar hand los te wurmen, maar dat lukte niet, de greep was te sterk. Opeens zwakte de kracht af in de waarzegster en ze ging weer met dezelfde mysterieuze stem als eerst verder: "eh ehm.. waar was ik gebleven, ohja, je ware liefde, blond haar en je zal 3 kinderen krijgen."
Een beetje verdwaasd betaalden Morana en Tara de waarzegster en verlieten het tentje.
"Wat was dat nu weer?" vroegen Morana en Tara tegelijkertijd aan elkaar terwijl ze wegliepen, iemand anders stond al te wachten om het tentje in te gaan. "Zou ze zoiets bij iedereen zeggen, of was dit een echte voorspelling?" vroeg Morana zich af. Maarja, weerwolven bestaan niet, het was een oude mythe dat weerwolven vroeger hadden bestaan. Dat die in de toekomst terug zouden komen, leek een fabeltje. Ze schudde het idee van zich af, maar kon het toch niet vergeten.

Mathidinkske

"Yo Mat!" hoorde Mathias plots. "Zin om morgen de Wakkerdamse achtbaan in te gaan?"
Het was Sander, mijn medestudent en kotgenoot aan de Wakkerdamse Unief.
"Natuurlijk! Je weet toch dat ik elk jaar weer met pleizer erin ga!" antwoordde ik stoer.
"Maar eerst..." zei ik op een serieuzere toon "... moet ik die overhoring van overmorgen nog ff nalezen."
"Okay! Zolang je morgen maar meegaat! Het is de enige dag dat we kunnen gaan."
"Ja... Dat weet ik... best wel dom..."
"Wat jij zegt Mathieboy" en Sander skateboardde de Universiteit binnen.
Ook Mathias volgde hem en ging naar zijn kluisje. Hij haalde er zijn boeken Nederlands uit.
Hij slofte traagjes het klaslokaal binnen.
"Ah... Mathias. Juist op tijd! Zoals gewoonlijk..." merkte mevrouw Lecluse op.
En de slopende les begon... Mevrouw Lecluse is de leukste lerares die hij kent, maar soms vindt hij die leerstof echt oersaai...
"Iedereen is aanwezig? Mooi. Dan beginnen we met de les."
--
Het is een stralende zondagochtend. "He gast! Wakker worden man!"
Karl verstoorde zijn slaapje bruut. In het kot zitten ze met zijn vijven: Mathias, Sander, Karl, Mike en Ann. Ja... Vier jongens en een meisje op een kot. Ann is het lief van Mike. Zij ging ook mee naar de Wakkerdamse kermis. En daar liepen ze dan, met z'n zessen. Jaja, Sander's lief ging ook mee.
Ze liepen natuurlijk onmiddellijk naar de achtbaan die befaamd is om zijn waaghalzige bochten en waanzinnige snelheid. Mathias zag daar twee meisjes lopen. Ze twijfelden waarschijnlijk of ze er wel in zouden gaan. Uiteindelijk besloten ze er niet in te gaan.
Ze liepen naar een tent. "He kijk daar jongens (en meisjes)! Een waatzeggerstent. Wie durft? :P"
"He gast, verpest het nu niet! Eerst die achtbaan..."
Zo gezegd, zo gedaan. Vijf keer gingen ze in de achtbaan om daarna rechtstreeks te lanterfanten naar de "Madame Luna"-tent.
Ze gingen naar binnen.
Madame Luna vroeg direct mijn hand en zonder haar vraag af te maken zat ze hem al te lezen.
Plotseling gloeiden haar ogen op. Karl en Mike deinsen verschrikt achteruit.
"De geschiedenis zal zich herhalen. Weerwolven zullen komen en moorden in het dorp. De 5 afstammelingen -jij bent er een van- zullen het dorp proberen te beschermen, maar tevergeefs.. de toekomst ligt al vast en kan niet veranderd worden.." brabbelde ze.
De rest was zo geschrokken van dit tafereel dat ze voor ze weer normaal werd direct naar buiten liepen.
"Wow! Wat had die? En waar had ze het over?" vroeg Ann, nog altijd geschrokken van de gebeurtenis.
"Weet ik veel..." antwoordde Mathias, ook in shock.
"Trek het jullie niet aan... Ze brabbelde maar wat! Niemand gelooft toch nog in weerwolven, of wel soms?" merkte Karl moedig op. Hij was de enige die niet zo geschrokken was...
Wat een mysterieuze waarzegster...
--
Daar zijn ze weer terug. Na hun kermisavontuur zitten ze weer op kot te studeren.
Mathias kan er zijn hoofd maar niet bijhouden. "Stel dat het toch waar is..." mompelde hij zachtjes...


Daeron

Terwijl Daeron met zijn nieuwe karabijn door het bos het dorp terug in liep, zag hij een leuk tentje met het bordje 'waarzegster' ervoor. Hij liep erheen en stapte naar binnen.
"Hallo", zei Daeron en de waarzegster mompelde iets onverstaanbaars.
Daeron ging zitten en de waarzegster legde haar bol op tafel, Daeron keek naar de bol en het zelfde ogenblik stoten de bol een groot groen licht uit en de waarzegster schrok zo hard dat ze bijna van haar stoel viel.
"Weerwolven zullen terug komen en de afstammelingen zullen het dorp proberen te beschermen, maar tevergeefs.." zei de waarzegster met schelle stem.
Daeron was ook geschrokken en legde het geld voor de waarzegster neer en liep met stomheid geslagen terug naar huis.

Selinde

Oké, toegegeven, die suikerspin had ze misschien beter niet kunnen eten, zo vlak voordat ze de achtbaan in zouden gaan. En misschien hadden ze beter ook geen drie keer achter elkaar over de kop moeten gaan. Maar toch was het niet Selinde's schuld dat ze daar nu zo liep, naast haar twee beste vriendinnen over de kermis, met haar handen een beetje angstig om haar maag geklemd.
"Nou, die geur van de oliebollenkraam is ook niet echt bevorderend." zei ze nors.
"Oké, laten we nu iets rustigs doen dan, iets dat ook niks met eten te maken heeft."
Ze liepen een tijdje doelloos rond en Selinde werd alweer wat beter en begon weer vrolijk te worden. Nu waren ze in een uithoek van de kermis beland. Het enige wat hier te vinden was, waren een paar lege popcornzakken en wat stukgetrapte blikjes. En een groezelig klein tentje. Een bordje met 'waarzegster' erop hing scheef boven de ingang.
"Hoort dit ook nog bij de kermis?" vroeg één van Selinde's vriendinnen.
"Ik weet niet, vast wel. Waarzegster is echt zo iets voor een kermis." antwoordde de ander. "Zullen we kijken?"
"Haha, nou het zal in ieder geval rustig zijn!" lachte Selinde. Wel een beetje saai, dacht ze bij zichzelf. Maar ach, waarom ook niet?

Ze liepen met zijn drieën het kleine tentje binnen en propte zich samen op de twee stoelen die daar stonden. Tegenover hen zat een ietwat gezette vrouw in zigeunerkleding.
"Jullie willen je toekomst weten." zei de vrouw met halfgesloten ogen en een zweverige ondertoon in haar stem. "Geef me je hand."
Gehoorzaam stak Selinde als eerste haar hand uit en de vrouw pakte hem met veel gerinkel van haar armbanden beet. In haar hoofd speelde Selinde al het standaard verhaaltje af: je zult gelukkig worden, trouwen met een man die er zo en zo uit ziet, bla bla. Maar de vrouw bleef zwijgen. Zo zaten ze daar, bijna een minuut, en de vrouw kneep steeds harder in Selinde's hand. Net toen Selinde's arm echt lam begon te voelen, keek de waarzegster ineens op. Met een intense blik keek ze Selinde recht aan. Haar ogen hadden een enge kleur gekregen – Selinde kon zich niet herinneren of dat daarvoor ook al zo was – en het bloed trok weg uit haar gezicht.
"Nee..." mompelde ze, "niet alweer... weerwolven... de toekomst ligt vast..." Ze sloot haar ogen weer en zweeg. Selinde had het ondertussen behoorlijk benauwd gekregen en wurmde zich los uit de greep van de waarzegster. Ze rende naar buiten en botste daar ongeveer tegen een ander meisje aan. Het meisje keek haar verbaasd aan – de angst was waarschijnlijk van Selinde's gezicht af te lezen.
"Wat.." begon ze, "wat heeft die vrouw net tegen jou gezegd?"

Morana

Selinde keek het meisje voor haar verbaasd aan. "Iets over weerwolven.. alleen de details weet ik niet, want de waarzegster rende weg." Een rilling ging over de rug van Selinde, normaal gesproken zou ze misschien niet zoveel waarde hechten aan de woorden van een waarzegster op de kermis, maar de vrouw had zelf ook zo geschrokken gereageerd dat ze dit niet negeren kon.
Morana keek verbaasd van Selinde naar Tara en weer terug naar Selinde. "Nee.." fluisterde ze bijna. "Ik heb ook zojuist zo'n voorspelling gehad. Dat de geschiedenis zou herhalen en in de toekomst weerwolven weer zouden komen. En de afstammelingen -daar hoor ik bij en waarschijnlijk jij dus ook- zouden proberen Wakkerdam hiertegen te beschermen."
"Je denkt toch niet..," vroeg Selinde angstig, "dat dit wel eens een echte voorspelling zou kunnen zijn?"
Tara mengde zich ook in het gesprek: "Nou ik weet niet hoor, maar jullie kennen de legendes over Wakkerdam toch wel? En nu ik eraan denk.. Vrouwe Morgana en Vrouwe Selene hoorde tot een van de overlevenden van die aanvallen. Morgana lijkt verdacht veel op Morana. Wat is jouw naam?" vroeg ze aan het meisje dat zich net bij hen had gevoegd.
"Selinde.." zei ze twijfelend. "Een oude familienaam.."
Even was het stil en de drie keken elkaar angstig aan. "Maar als er echt een weerwolvenaanval zou komen, dan kunnen we er nu weinig aan doen. Misschien dat we in de bibliotheek kunnen kijken of er iets tegen te doen is?" opperde Morana die nu ook begon te vrezen voor de toekomst.

Kirsten

In de zolderkamer van een middelgroot huis, in de woonwijk van Wakkerdam, zat Kirsten langzaam rond te draaien in haar bureaustoel. Het muziek stond keihard aan, omdat er niemand thuis was. Wat ze vandaag eens zou doen wist ze niet. Het was nogal saai in Wakkerdam. Terwijl ze ronddraaide bedacht ze wat dingen die ze zou kunnen doen vandaag. Huiswerk? Nee. Opruimen? Nee. Gewoon iets zinnigs doen? Neuh.
Ze hoorde de voordeur dichtklappen, en iemand op de trap bonken. "Joooriiiiis!", riep ze naar beneden.
"Kiiiiirstuuuunnn", riep hij terug. Kirsten kon goed opschieten met haar broer. Misschien kon ze iets met hem gaan doen vandaag. Hij kwam de zoldertrap op gestrompeld. "Hoj!", begon hij. "Ik neem jou mee naar de kermis, ok?"
Gelukkig, ze kon dus wel wat leuks doen vandaag. "Heeee", ze sloeg hem op zijn schouder. "Goed idee!"
Hij zuchtte. "Wat is er?", vroeg ze. "Kirsten... Ik heb altijd goede ideeen."

Een kwartier later liepen ze rond op de kermis. Ze kwamen een aantal schoolvrienden tegen, en Joris begon een suikerspin-eet-wedstrijd te houden met zijn vrienden. Kirsten stond er half lachend, en half hoofdschuddend bij. Ze wist al wel dat dit fout zou gaan. Misschien hoopte ze dat ook een beetje, want het zou grappig zijn. Leedvermaak, en sarcasme waren voorbeelden van dingen die Kirsten en Joris bij elkaar, en bij hun vrienden uitoefenden.
Kirsten tikte haar 2 vriendinnen aan. "Watisser?", vroegen ze niet expres in koor. Kirsten wees naar een leuk uitziend tentje wat duidelijk een waarzegster was, omdat er 'Waarzegster' op stond. "Zullen we daarheen?", vroeg ze enthousiast aan haar vriendinnen. "Oke, is goed", zei Sarah. Kirsten kon zien dat ze er een beetje moeite mee had, want Sarah was stiekem een beetje verliefd op Kirstens broer.
Denise was er al heen aan het lopen, om aan te duiden dat ze het een super idee vond.
Joris zag al heel bleek, maar bleef stoer doorschranzen. Ze liepen naar het tentje, en Kirsten schoof de rinkelende gordijntjes opzij. Zo'n vrouw waarvan je zegt: "Dat is een waarzegster", zat in een stoel, en keek ze strak aan. "Hallo!", zei Kirsten. De vrouw knikte, en wees naar de stoelen.
Haar vriendinnen gingen bij elkaar op schoot zitten in de ene stoel. "O, oke dan ga ik wel eerst", zei Kirsten terwijl ze in de andere stoel neerplofte. "Ahh, geef me je hand", zei de vrouw met haar ogen dicht.
Kirsten keek haar vriendinnen lachend aan, en plofte haar hand op de tafel. De vrouw pakte het vast, en begon de vouwen uit Kirstens hand te bestuderen. Ze zweeg een tijdje. Kirsten begon wat om haar heen te kijken. De vrouw kneep wat harder in haar hand als daarvoor. Kirsten krabde aan haar pols, en keek de vrouw vragend aan. Ze vroeg zich af of ze dat wel had willen doen, want de vrouw had haar hoofd naar de hemel gekeerd, en draaide eng met haar ogen. Sarah en Denise konden hun lach bijna niet inhouden.
"Em.. mevrouw? Gaat het wel?", vroeg Kirsten terwijl ze haar hand subtiel probeerde los te wringen.
Toen liet de vrouw haar hand geschrokken los. "Nee.. niet nog een! Ga weg! Uit mijn tent!", riep de vrouw hysterisch. Beledigd keek Kirsten de vrouw aan. "Pardon?"
Haar vriendinnen waren dubbel liggend van het lachen de tent uit gelopen. "Wij wachten buiten wel!", proestte Sarah. De vrouw keek Kirsten aan, en zei: "Jij bent een afstammeling.."
Kirsten liep langzaam achteruit. De vrouw wees haar aan. "De geschiedenis zal zich hehalen!"
Kirsten was bijna de tent uit. "Weerwolven zullen komen moorden! Je kan niks meer veranderen!", gilde ze. Ze gaf Kirsten nog een hele enge blik, die Kirsten beantwoordde met een wenkbrauw omhoog-blik.
Ze schrok er pas van toen ze uit de tent liep. Het zag er best onnatuurlijk uit als ze er over nadacht.
Nog even bleef ze staan, en toen haalde ze haar schouders op, en liep naar haar vrienden.



Mathidinkske

*riiiiiiiiing*
Alweer een saaie lesdag voorbij... Mathias was met Karl naar de bibliotheek gefietst om toch maar iets meer te weten te komen over weerwolven.
Hij neusde in alle geschiednisboeken, net als Karl.
"Hier heb ik het!" riep Karl opgewonden.
"Sssst!" beantwoordden de rest van de lezers in de bib de uitbundige roep van Karl..
"Sorry..." zei hij zachtjes... "(fluisterend) Mathi, kom hier! Ik heb het!"
"Wat is er?" vroeg Mathias bezorgd.
"Hier staat een legende van Wakkerdam. Er staat dat vroeger het dorp bedreigd werd met weerwolven.
Slechts 6 mensen bleven over waarvan er een weerwolf was. De anderen hebben die gedood..."
"Hoe heetten die anderen?" vroeg Mathias, hopend op namen die hij nooit zou kennen...
"Hmm... *bladert* Hier staat het!: Vrouwe Morgana, Vrouwe Selene, Heer Dorean, Vrouwe Kirstina,..."
"Oef allemaal namen de ik niet ken! Die waarzegster heeft zeker gelogen!" dacht Mathias opgelcht.
"En Heer Mathias..." vervolgde Karl geschrokken...
"Het is dus toch waar!!" besloot Mathias.
"Ja... en er is niets meer aan te doen..." hoorde het duo achter zich.
"W-wie ben jij?" vroeg Mathias geschrokken.
"Ik? Ik ben Daeron... Ik zit ook op de Wakkerdamse Unief. Ik heb je al eens zien rondlope en dan kreeg ik een raar gevoel van binnen..." antwoordde de jongen.
"Daeron... Wacht!? Ben jij niet ook een afstammeling van de weerwolfaanval?" onderbreekte Mathias.
"Ja... De waarzegster heeft mij het gezegd..." zei Daeron..
"Mij ook!! Trouwens... Als ik jou zie krijg ik ook een raar gevoel. Een déjà vu -gevoel..." zei Mathias..
"We moeten de andere afstammelingen zoeken... zij kunnen ons misschien iets meer vertellen!" besliste Daeron.
"Hoe noemden ze nu ook al weer?" vroeg ik aan Karl.
"Ze heetten vrouwe Morgana, vrouwe Kirstina en vrouwe Selene." antwoordde Karl.
"Morgana? Er is maar een Morana in Wakkerdam.... Mijn vrienden hebben vrienden die haar kennen. We moeten ze vinden, net als die andere twee." zei Daeron volhardend.
"Karl... Ga jij maar naar het kot terug.. Ik ga met Daeron nog wat opzoekingen doen naar die Morgana, Kirstina en Selene." vertelde ik Karl.
"Laten we gaan!" besloot Daeron.
"Jep... we doen het..." zei ik al stappend.


Mathidinkske

Mathias en Daeron liepen de bibliotheek uit.
"Laten we eens gaan rondvragen." stelde Daeron voor.
"Goed idee!" besloot Mathias.
Ze liepen in het rond en aan iedereen vroegen ze hetrzelfde:
"Ken je soms Morana, Kirsten of Selinde?"
"Nooit van gehoord" was meestal het antwoord.
Totdat ze op de kermis waren, die blijkbaar een paar daagjes langer bleef dan eerst gedacht. "Ken jij Morana?"
"Ja, daar staat ze!" antwoordde een meisje.
"Bedankt!" en ze renden ernaar toe.
"Hallo. Laten we ons eerst even voorstellen, ik ben Mathias, student aan de Wakkerdamse universiteit. Ik was hier enkele dagen geleden ook op de kermis." begroette Mathias de meisjes meteen.
En Daeron vervolgde: "En ik ben Daeron. Ook student. We moeten praten over iets heel belangrijks."
"Ja... Heb jij ook een voorspelling van de waarzegster gekregen?" onderbreekte Mathias abrupt Daeron.
"Hebben jullie dat ook gehad? De voorspelling dat weerwolven de stad zouden teisteren??" antwoordde Morana geschokt...
"O, sorry, wat onbeleefd van me: ik ben Morana. Afstammelinge van Vrouwe Morgana en student aan de universiteit. En dit is..."
"Selinde. Ook een afstammelinge van een der voorvaderen, in mijn geval: voormoeders., vrouwe Selene.
We hebben elkaar net ontmoet. Een griezelige voorspelling... niet?" vulde Selinde Morna perfect aan.
"Wat je zegt..." antwoordde Mathias.
"Laten we nu die andere afstammeling(e) gaan zoeken. Hoe noemde ze nu ook al weer?" besloot Morana.
"Kirsten." beantwoordde Mathias die vraag.
"Juist. Kisrten. Ik denk dat ik haar weet te vinden... ik zie haar soms. Ze zit vaak in het Wakkerdampark."
"Misschien zit ze daar nu ook wel!?" reageerde Selinde verhelderend.
"Laten we eens een kijkje nemen..." vatte Daeron alles samen.
--
"Hier is het. Het Wakkerdampark." verhelderde Morana. "en daar zit Kirsten."
En Morana, Mathias, Selinde en Daeron begonnen elkaar voor te stellen aan Kirsten.
"Heb je ook die voorspelling over de weerwolven gekregen??" vroeg Selinde na het voorstellen.
Kirsten antwoordde een beetje stil: "Ja... Hoe weten jullie dat?"
Mathias antwoordde direct: "Wij kregen ook zo'n voorspelling. En ik ben samen met Karl alles gaan opzoeken in de bib. Je weet wel, de hal van de Wakkerdamse Geschiedenis."
"Die ken ik..." was het antwoord.
"En wat moeten we nu doen??"
Morana, die duidelijk leiderskwaliteiten in zich had, stelde voor om naar huis te gaan en morgen af te spreken in de Wakkerdamse bib. "Het is nu toch vakantie. De laatste examens waren gisteren."
"We gaan er voor!" jubelde Daeron.
"Tot morgen iedereen!" nam Mathias afscheid.




Mathidinkske

#9
"Goeiemorgen wereld en al zijn bewoners!" riep Mathias vrolijk toen hij opstond.
"Karl! Sander! Mike! Ann! Opstaan!" probeerde Mathias wanhopig.
"Ja...ik ben daar!" beantwoordde Sander knorrig zijn ochtendkreet.
"Iiiiieeeeehhh!!!!" hoorden ze plots.
"Ann! Wat is er?" vroegen Sander en Mathias in koor.
"M-m-mike! Hij is... hij is dood!!" probeerde Ann de vraag te beantwoordden.
"Waat!?" schrokken ze.
Karl kwam binnen "Wat is hier nu weer aan de ha... Aah! Is dat Mike?"
"Ja... hij is dood... Kijk naar al het bloed..." snikte Ann.
Karl onderzoekte vlug het lijk.
Zijn resultaten bevestigden de vermoedens. "Karl is vermoord. Hij heeft bijtwondes.. Waarschijnlijk van een of ander dier..."
"Weerwolven..." knikte Mathias.
"Inderdaad..." bevestigde Karl.
Mathias raakte in paniek... "De voorspelling is dus toch waar!! Weerwolkven teiseteren het dorp..."
In de kamer van Ann en Mike zat Mathias heel de tijd rondjes te lopen tot hij een besluit maakte: "Ik ga Kirsten, Daeron, Morana en Slinde inlichten over dit voorval. Misschien zijn er nog anderen vermoord..."
En Mathias vertrok onmiddellijk het kot uit...
"Shit man... Wat moeten we met hem? Wat moeten we aan zijn ouders vertellen? Hoe leggen we dat uit aan de docenten?" vroeg Sander.
"Dat is allemaal bijzaak... we moeten denken aan Mike, en niet aan de administratie." opperde Karl.
"Snik... dat is waar..." zat Ann te snikken.

Mathidinkske

Mathias kwam in de bibloitheek aan.
Hij was vroeg, maar de rest zat er ook al...
"Dag Mathias..."  begroette de groep mij.
"Jonges, er is iets verschrikkelijks gebeurd!" schreeuwde ik.
Daeron antwoordde triest: "Wat dan? Is er bij jou ook iemand gedood?"
Mathias stond als door de bliksem getroffen. "Ja?! Hoe weet je dat?"
"Heel simpel..." werd geantwoord "Denise is vanochtend dood teruggevonden. Bijtwonden..." vertelde Kirsten.
"Oh! Wat erg voor je! Bij mij is Karl half dood teruggevonden." antwoordde ik terwijl ik Kirsten begon te troosten.
"En het ergste is... de waarzegster kan ons niets meer vertellen."
Mathias keek verwonderd naar Daeron toen hij dat zei.
"Ja... het is waar..." vervolgde Morana: "De waarzegster werd vanochtend ook aan stukken verscheurd teruggevonden..."
Mathias vroeg zich af wat ze nu zouden moeten.
Selinde was duidelijk afwezig vandaag.
Nog steeds huilend om het verdriet van Denise snikte Kirsten: "Misschien ben ik wel de volgende, of Sarah, of Joris, of..."
"Rustig maar..." probeerde Morana. "We moeten naar de burgemeester stappen en proberen een oplossing te vinden voor dit gedoe!"
Daeron knikte. Dat was inderdaad het beste wat ze konden vond hij. Ook Mathias ging akkoord.
"Zouden we het riskeren om morgen te gaan of zullen we het vandaag al vragen?" kwam Selinde af met een toch wel erg belangrijke vraag...
Mathias dacht na... "Misschien is het beter dat vandaag te doen."
"Ja... stel je voor dat er morgen weer iemand sterft..." besloot Kirsten.
En het nu nog vijftal verliet de bibliotheek om vervolgens de Wakkerdamlaan in te slaan om zo bij het Wakkerdamse gemeentehuis terecht te komen.
"Laat mij maar het woord voeren." legde Morana de rest het zwijgen op.

Mathidinkske

"Beste man, wij zouden graag de burgemeester willen sreken als dat mogelijk is." vroeg Morana vriendelijk.
De ambtenaar antwoordde vrijwel onmiddellijk dat ze mochten binnenkomen en dat de burgemeester hen zou ontvangen. "een momentje graag."
De burgemeester kwam binnen.
Hij groette het vijftal vriendelijk en ging neerzitten.
"Wat is het probleem? Waarmee kan ik jullie van dienst zijn?"
Iedereen keek twijfelend naar elkaar. Het was tenslotte Morana die het waagde het antwoord te geven:
"De stad wordt bedreigd door weerwolven, heer burgemeester. Er zijn al enkele doden gevallen. En er zullen er nog volgen als we niet snel ingrijpen." zei ze kordaat.
Al fronsend keek hij hen aan: "Zozo, weerwolven hé... en waarom zou ik dat moeten geloven? Volgens mij maken jullie me iets wijs!".
Het was duidelijk. De burgemeester geloofde hen niet.
"Mike Verschueren is vanochtend in zijn kot dood teruggevonden. Hij heeft bijtwonden in het lichaam van sterke tanden. Ook Denise Stielma vertoont bijtwonden." probeerde Mathias de zaak te verduidelijken.
De burgemeester keek hen plots verwonderd aan.
"als dat zo is... dan moeten we direct iets ondernemen! Wat kunnen we doen?"
De groep keek elkaar vragend aan.
"Weerwolven moet je doden." zei Daeron.
"Wat wil je daarmee zeggen? Dat we elke dag hier op het plein verdachten moeten doden om zo van de weerwolven verlost te zijn?!"
Daeron knikte.
"Godlievehemel!" was het enige dat de burgemeester nog kwijt kon.
"Dan moet het maar zo! elke dag zullen er enkele opgehangen worden. Jullie moeten alles maar regelen.
Hier is een volmacht."
En de burgemeester overhandigde plechtig, maar toch triest de volmacht aan Selinde.
Het vijftal liep het gemeentehuis uit.
"Morgen om 10 uur aan het gemeentehuis terug?" besloot Kirsten.
Iedereen knikte.
"Tot morgen!"

Mathidinkske

Het was een grauwe dag... Mathias stond met tegenzin op. Hij had geen zin om de rest wakker te roepen en bleef zelfs nog een tijdje liggen...
--
Ook Kirsten stond die morgen wat later op. "Oh nee! Het regent! Nu kan ik weer door de regen gaan fietsen..." en ze viel neer op haar kussen. Het duurde niet lang of ze was al niet meer wakker te krijgen.
--
Morana had ook moeite om op te staan. Het voelde alsof ze tot 4 uur is uitgegaan
Gen wonder dat ze weer snel in dommelde...
--
Selinde had zo'n slaap toen ze ontwaakte. Ze zag de regen druipend over het raam rollen.
Selinde geeuwde en viel weer in slaap.
--
Het was al laat toen Daeron probeerde op te staan. Hij was doodmoe. Zelf wist hij niet waarom. Maar vandaag was het een grote dag... Het dorp zou beslissen wie ze zouden vermoorden.
Het enige wat Daeron nog kon uitbrengen voor hij weer in slaap viel was "Gelukkig! Ik leef noghmm..."
--
"O jee! Ik kom nog te laat!" maakte Mathias zich ernstigf zorgen.
Mathias pakte een zandkoekje en stak het in zijn mond. Zonder zijn kotgenoten te begroeten liep hij naar buiten.
"Ah! Shit!"
Hij liep weer naar binnen.
Al snel ging hij terug naar buiten met een regenjas aan.
Mathias spurtte naar het gemeentehuis...
--
"Kiirstteuuuhhh!" riep Joris luid. "Het is al 11 uur! Opstaan kliene meid!"
"Hmm... Wat is het al zo laat?! :o "
En Kirsten sprong uit haar bed.
Ze poetstte vlug haar tanden kleedde zich uit en en deed haar alledaagse kledij aan.
"Ik kom nog te laat..." haastte ze zich naar buiten.
"Oh juist! Het regent!" bromde ze. Ze fietste als een gek naar het gemeentehuis.
--
Toen ook Selinde, Morana en Daeron wakker werden, wisten ze ook niet wat te doen. Ze moesten zo snel mogelijk naar het gemeentehuis.
Daeron liep zelfs nog in ondergoed naar buiten. Tot hij merkte dat hij halfnaakt was. "Hopelijk heeft niemand mij gezien... ik wordt niet graag gezien in onderbroek..." vreesde Daeron.
Gelukkig had niemand niemand het opgemerkt.
Morana zag ook dat het al zo laat was. "waarom heb ik me overslapen?" vroeg ze zich af. Net als de rest van ons vijftal.
Selinde startte haar auto en terwijl ze naar het gemeentehuis reed, kocht ze vlug een broodje. "Voor onderweg." was haar antwoord.
--
Alle vijf kwamen ze uitgeput aangelopen. Iedereen was moe. Iedereen had honger...
Het was uiteindelijk Mathias die het eerst iets zinnigs kon uitbrengen:
"Pff... Hebben.... hebben j-jullie je ook over... overslapen?"
"Ja..." was het enige antwoord dat te horen viel.
"En... Al doden.... opgemerkt?" vroeg Daeron aan de rest.
Plots verstijfde iedereen.
"Ik moet gaan kijken..." panikeerde Selinde.?
"Ik ook!" schreeuwde de rest.
--
Mathias kwam in het kot aan.
Enkel Ann zat in de zetel. Te huilen tot en met...
"Wa-wat is er gebeurd?" vroeg Mathias onzeker.
Ann snikte: "Nu zijn ook Karl, Sander en zijn lief erbij! Ik ben echt bang dat wij de volgenden zijn..."
En ze huilde verder. Ook Mathias moest een traantje wegpinken. "Het waren zo'n goed vrienden....."
En Mathias zette zich naast Ann. Hij begon haar te troosten...
Hoe moet het nu verder...
--
Toen Kirsten thuis arriveerde zag ze dat Joris bij hun ouders lagen.
"Ik heb het juist ontdekt nadat je vertrok..." snikte hij.
Nee toch! dacht Kirsten... Haar ouders dood! Er moest iets gebeuren...
Kirsten gaf nog vlug een zoen op de wang van haar halfverscheurde moeder.
--
Toen Selinde aankwam zag ze niets speciaals. Tot ze zich realiseerde dat haar vriendinnen wel misschien verscheurd konden zijn. Ze belde vlug.
Niemand nam op...
"Neeeeee!!!"
--
Ook Morana heeft geen geluk... Enkel Tara overleefde de weerwolven.
Bij Daeron is ook iedereen gestorven... De vijf afstammeling zijn gebroken en gekraakt...
Ze vergeten het plan om iemand op te hangen en gaan droevig, angstig en al lijdend gaan slapen...
--
Die nacht is het erg stil in Wakkerdam. Enkele gedaantes komen buiten... Maar... ze gan terug binnen. Blijkbaar hadden de weerwolven geen honger meer na de ware slachting...

Mathidinkske

#13
De volgende ochtend staat iedereen bang op. Wie is er nu weer vermoord door de wolven?
En elke dag weer opnieuw vreest iedereen dat het de volgende nacht zijn beurt is...
Na een maand of 2 van weerwolfaanvallen blijven er slechts een stuk of 10 bewoners over.
Mathias, Selinde, Daeron, Morana, Kirsten, de burgemeester, de secretaris, Ann, Tara en Joris.
Elk van hen vreesde nu dat het ZIJN beurt was...
De avond viel zoals ze al tien weken viel: vol onrust en angst.
Iedereen zit te bibberen in zijn bed, te huiveren, allen zijn ze bang om hun vrienden, vriendinnen en hun eigen leven te verliezen...
Niemand wil sterven, maar toch... De volgende dag zal er iemand dood teruggevonden zijn...
Iedereen staat op zoals normaal.
Men loopt direct naar het dorpsplein om de overlevenden te tellen.
"1, 2, 3, 4, 5, 6..." telde Morana.
"Oh nee! Waar is Tara? Waar is de burgemeester? Waar is de secretaris? Waar is Ann?" panikeerde ze.
Maar nog geen seconde later kwam Tara van achter de hoek gespurt.
"Oef... je leeft nog..." reageerde Morana opgelucht.
Mathias en Daeron besloten naar de burgemeester te gaan.
Ze klopten zachtjes op de deur en liepen binnen. Met klapperende tanden gingen ze naar het bureau.
En daar lagen ze dan: de secretaris en de burgemeester!
"Ahhn shit!" zei Daeron... Nu zijn we nog met zijn achten.
"Niet helemaal..." hoorde het duo plots. Het was gelukkig Kirsten maar.
"Ann is ook dood teruggevonden in je kot, Mathias..." zei ze bedroefd.
"Dat is nu al de zoveelste!! We blijven nog met zijn zeven over... en een voor een zullen we misschien sterven..."
besloot Daeron angstig.
"Kom. Laten we teruggaan naar het plein." zei Kirsten.
En wat ze daar zagen! Het lijk van Joris lag daar bloedend op de grond.
"Joris!" was het enige wat Kirsten kon uitbrengen. Huilend liep ze naar hem toe.
Een minuutje later verschenen Morana en Selinde om de hoek. "Wat is hier gebeu... O mijn God! Joris! Is hij ok?"
"Neen... hij is ook dood..." zei Daeron.
"Maar... waar is Tara?" vroeg Mathias snel.
"Tara... nee... oh nee! Laat het niet waar zijn!" zei Morana.
En snel liepen ze naar Tara's huis waar Tara verscheurd werd teruggevonden voor de voordeur.
"Dan blijven we nu nog met zijn vijven..." besloot Mathias.
"Ik stel voor dat we allemaal op mijn kot logeren."
Iedereen ging akkoord. Huiverend gingen ze richting Mathias' kot. Ze gingen langs de Wakkerdamse universiteit, helemaal verlaten. Wat wil je... Alle leraren en leerlingen waren dood...
En weer viel de nacht. Het vijftal sliep onrustig... Dromend over hun angst om morgen misschien niet meer te kunnen ontwaken...

Mathidinkske

Alle vijf werden ze weer vol angst wakker... Wie zou er nu vermoord zijn?
Gelukkig, iedereen was nog levend. Maar ze vreesden om elke seconde toch dood te gaan.
Gisteren waren Joris, Tara en Ann ook overdag vermoord...
Hoe moet het nu verder?? Ze zijn nog met zijn vijven, maar iedereen vreest dat hij of zij de volgende zal zijn.
"Hoe kunnen we het nu aanpakken?" vroeg Mathias bezorgd.
De groep zuchtte gelijktijdig. "Ik weet het niet..." was het antwoord van elk.
Tot plots Morana met een schitterend idee afkwam.
"Laten we gewoon om middernacht op het Wakkerdamse plein gaan staan en dan zien we wie er transformeert. En als geen van ons een weerwolf is, kan het zijn dat we dan de weerwolven op het plein tegenkomen."
Kirsten vond het maar niks. Net als Daeron en Selinde.
Mathias zuchtte. "Is dat niet te gevaarlijk?"
Morana knikte. "We moeten risico's lopen of we gaan er allemaal aan..."
Ze hadden dus geen keus... De hele dag zwierven ze rond en haalden lijken om te begraven.
Wakkerdam was nog nooit zo leeg...
Waarom kon dit gebeueren? Waarom voorspelde de waarzegster dat er in de toekomst opnieuw een weerwolfbedreiging zou komen?
Niemand wist er een antwoord op...
--
Middernacht... De klok slaat geen 12 keer, want de paters die ze bedienden waren ook uitgemoord of geëmigreerd.
Iedereen in Wakkerdam was dood of weggevlucht...
De meesten wilden niets achterlaten en zijn in hun eigen huis verscheurd.
Een onappeteitelijk zicht...
Iedereen van de groep wachtte gespannen af... De maan was al half zichtbaar. De wolken schoven weg...
De maan werd steeds groter en zichtbaarder. En toen de maan volledig van achter de wolk gekomen was hoorden ze gegrom..
Het was Daeron die begon te grommen als een wolf.
"Dood hem!" beval Selinde, totdat ook zij vlugge haargroei kreeg.
Ook Morana en Kirsten kregen plotseling overal haar.
Mathias vreesde voor zijn leven... dewolven kwamen dichter... en dichter... en dichter...
totdat zij uiteindelijk zagen dat ook Mathias grotere tanden kreeg, een fikse haargroei en een oorverdovend gehuil van een wolf...
Iedereen, Morana, Kirsten, Daeron, Selinde an Mathias, waren weerwolven... Nooit hebben ze het geweten.
Morana gromde blij, blij dat de stad nu volledig voor hen was!

~ Einde ~